Drijdraad: een verloren straf bier (of flauwe koffie)
September 1901. In het Oost-Vlaamse stadje Sint-Niklaas waren slopers bezig het oude postkantoor af te breken. Plots zag een van hen onder een plankenvloer iets schitteren. Een munt van twee frank. Zo veel geluk heb je niet snel. Het besluit viel dus om de munt met een paar collega’s in een naburige herberg op te gaan drinken. Zoals dat gaat als het vrijdag is: ‘Na de eerste ronde kwam er een tweede, en ze vonden den drijdraad zo lekker, dat ze weldra allen “een weinig in den wind” waren.’ En toen begonnen de discussies over de hoogte van de werklonen…[1]