Wat was saison eigenlijk voor bier in de 19e eeuw?

Ik heb mezelf onlangs weer wat op de hals gehaald: ik had bedacht om de geschiedenis van alle Belgische bierstijlen uit te vlooien. Wanneer verschenen ze op het toneel, hoe smaakten ze door de jaren heen, en in veel gevallen ook: wanneer zijn ze verdwenen? Want van de vele biersoorten die België in de 19e eeuw kende, zijn er maar een paar overgebleven: witbier, lambiek en zijn afgeleiden geuze, faro en kriek, Vlaams oud bruin, en saison. Andere bieren, zoals de peeterman uit Leuven, de drijdraad van het Land van Waas en de grisette uit Henegouwen zijn allemaal uitgestorven.[1]

Mijn aanpak is wat onorthodox, voor Belgische begrippen tenminste. Over het algemeen negeer ik simpelweg wat de brouwers zelf over de geschiedenis van hun bier te vertellen hebben, en in plaats daarvan kijk ik naar de historische bronnen: oude brouwgegevens, literatuur, advertenties en statistieken, aangevuld door recentere literatuur als die hout snijdt.[2]

Kaart met de in dit artikel genoemde plaatsen

Kaart met de in dit artikel genoemde plaatsen

Met name één biersoort geeft kopzorgen: saison. Als ik hier en nu een korte geschiedenis van saison-bier zou moeten schrijven met de tot nu toe gevonden informatie, dan zou die er totaal anders uitzien dan het verhaal dat je meestal hoort. Het gebruikelijke verhaal gaat ongeveer zo: saison is typisch voor de Belgische provincie Henegouwen en werd ’s winters op de boerderij gebrouwen, wanneer de boeren niets anders te doen hadden, en ’s zomers werd die saison gedronken door de arbeiders op het veld. En dus is saison naar het schijnt een ‘farmhouse ale’.[3]

Ik vind hele andere informatie. Dit is misschien een schok voor saisonliefhebbers, maar er bestaat geen historische tekst die saison omschrijft als een typisch plattelandsbier of speciaal gemaakt voor boerenknechten. In plaats daarvan dateert de oudste vermelding van saison die ik vond uit 1823, waarin het wordt omschreven als ‘Advents- of maarts bier, uitstekend bier dat wordt gebrouwen in Luik en dat men kan bewaren.’[4] Luik is, zoals bekend, een typische industriestad met kolenmijnen en metaalindustrie, en dat was begin 19e eeuw ook al zo. Niet echt een landelijke omgeving, zullen we maar zeggen. Het ligt bovendien niet in de provincie Henegouwen.

Kolenmijn in Luik, 1812. Juist hier dook saison voor het eerst op. Bron: Wikipedia

Kolenmijn in Luik, 1812. Juist hier dook saison voor het eerst op. Bron: Wikipedia

Het is juist de saison van Luik die steevast wordt beschreven in 19e-eeuwse brouwershandboeken, en het verschilde nogal van de huidige Henegouwse saison. Het werd voornamelijk gemaakt van speltmout en ongemoute tarwe, en door de lage vergistingsgraad was het betrekkelijk zoet. Het werd ’s winters gebrouwen en na 4 à 6 maanden gedronken. In 1862 dook er een dubbele versie op en ik heb zelfs een paar schaarse vermeldingen gevonden van een ‘triple saison’.[5]  Een paar eigenschappen van deze Luikse saison klinken bekend: dat het in de winter werd gebrouwen (het ‘seizoen’ waar het bier naar vernoemd is) en een paar maanden later gedronken. Maar niets suggereert dat het van de boerderij kwam.

Dus hoe zit het met saison uit Henegouwen? Het is, vreemd genoeg, erg lastig om bewijs te vinden dat saison daar in de 19e eeuw een regelmatig gebrouwen biersoort geweest zou zijn. De oudste vermelding van saison in die provincie is in Charleroi, waar in 1858 een kroeg genaamd Le Petit Caporal twee liters ‘bière de saison’ uitloofde aan degenen die een ‘neuf quatre’ wisten te behalen bij het kegelen.[6] Drie jaar later bezong de Charleroise artiest Jacques Bertrand de saison als volgt: ‘Gebrouwen in maart, lest dit heldere bier onze dorst tijdens de zomerdagen’.[7] Klinkt op zich vergelijkbaar met de huidige saison, maar ik hoef de lezer er niet aan te herinneren dat ook Charleroi een grote industriestad met kolenmijnen was.

Het stadhuis van Dijon, waar in 1866 een hoptentoonstelling werd gehouden. Aanwezig waren ook twee merkwaardige saisons uit Henegouwen. Bron: Wikipedia, foto door Parsifall.

Het stadhuis van Dijon, waar in 1866 een hoptentoonstelling werd gehouden. Aanwezig waren ook twee merkwaardige saisons uit Henegouwen. Bron: Wikipedia, foto door Parsifall.

Zoals gezegd, bronnen voor 19e-eeuwse Henegouwse saison zijn schaars. In plaats daarvan werden heel andere bieren gezien als typisch voor Henegouwen of voor Wallonië in zijn geheel: grisette bijvoorbeeld, een lichtgekleurd bier met tarwe erin. Oorspronkelijk kwam het uit het stadje Antoing bij Doornik, maar gaandeweg raakte het verzeild tot in Brussel en Jodoigne (Geldenaken) in Brabant aan toe.[8] Een ander bier werd simpelweg ‘brune’ genoemd, gemaakt ofwel van gerst ofwel van verschillende andere granen. Hoewel hiervan ook een bewaarversie bestond, werd deze niet specifiek ‘saison’ genoemd.[9]

In feite lijkt in de meeste vermeldingen van saison in Henegouwen deze term niet zozeer gebruikt te worden als aanduiding van een biersoort (zoals in Luik), maar meer als een nadere omschrijving van een ander bier. Op de internationale hoptentoonstelling in Dijon in 1866 (toen Bourgondië nog een belangrijk hopteeltgebied was), presenteerde bijvoorbeeld brouwerij Bataille-Lenglet uit Quiévrain zijn ‘grisette de saison’, gebrouwen in november van het jaar ervoor; op diezelfde expositie toonde Robillard uit Hensies verschillende versies van ‘bière brune vieille’, waaronder een ‘brune vieille de saison’, dito ‘demi-saison’ en zelfs een dito ‘genre Lambic’. Beide brouwerijen kwamen uit Henegouwen.[10] Op een vergelijkbare manier adverteerde in 1883 brouwerij Misonne uit Lodelinsart, een industriële voorstad van Charleroi met grisette maar ook met ‘brune ordinaire’, ‘brune supérieure’ en ‘brune saison’.[11]

Een advertentie voor een 'brune saison'. Gazette de Charleroi 4-1-1883.

Een advertentie voor een ‘brune saison’. Gazette de Charleroi 4-1-1883.

In een context als deze betekende het achtervoegsel ‘de saison’ blijkbaar simpelweg ‘een versie van het gewone verse bier, in de winter gebrouwen om ongeveer een half jaar te bewaren’. Op deze manier was het min of meer een synoniem van andere termen voor bewaarbier:  ‘bière de garde’, ‘bière de provision’,  bière de conserve’, ‘vieille bière’… Sommige schrijvers ontwaarden verschillen tussen deze bewaarbieren, weer anderen gebruiken ze gewoon door elkaar.[12] Eigenlijk was ook de saison van Luik oorspronkelijk eenvoudigweg de bewaarversie van het verse speltbier dat daar al in de 17e eeuw werd gemaakt.[13]

Het lijkt erop dat brouwerijen in Henegouwen pas tegen het eind van de 19e eeuw ‘bière de saison’ gingen verkopen als bier op zich, hoewel zelfs toen nog regelmatig de omschrijving ‘bière de garde’ erbij werd gezet om duidelijk te maken om wat voor bier het ging.[14]

Wat kunnen we hier nu uit opmaken? In ieder geval is het me wel duidelijk dat de geschiedenis van saison wat meer behelst dan simpelweg ‘het werd gemaakt op de boerderij’. Die eerste saison gevonden in Luik lijkt mij geen boerderijbier (of ‘farmhouse ale’, zo u wilt). Die eerste saison gevonden in Charleroi lijkt mij geen boerderijbier. Ik betwijfel of een eenvoudige boer zijn eenvoudige thuisbrouwsel helemaal naar Dijon zou sturen om daar aan een professionele jury voor te leggen, zoals gebeurde met de twee vroege Henegouwse saisons in 1866. Het lijkt me duidelijk dat saison in de 19e eeuw door beroepsbrouwers werd gemaakt. Dus wat moeten we met dat ‘farmhouse ale’-verhaal? Natuurlijk, zoveel Belgische brouwerijen zijn ooit uit boerderijen ontstaan (Duvel, Bosteels, Palm…), maar waarom wordt juist saison dan gezien als het typische boerderijbier? Daar ga ik in een volgend artikel naar kijken.


[1] Grisette bestaat nog  als merknaam van brouwerij Saint-Feuillien.

[2] Uitstekend onderzoek naar Belgische biergeschiedenis is bijvoorbeeld gedaan door mensen als Raymond van Uytven, Erik Aerts, Frank Becuwe, Chris Vandewalle, Yvan Derycke, Paul Daeleman, Raf Meert, Dave Janssen en vele anderen.

[3] Vgl. Phil Markowski, Farmhouse ales. Culture and craftmanship in the Belgian tradition, Boulder (Colorado), 2004. In hoofdstuk zes beschrijft Yvan de Baets deze versie van de geschiedenis van saison in detail. Binnenkort zal ik hier in een artikel een kritische blik op werpen.

[4] L. Remacle, Dictionnaire wallon et Français, dans lequel on trouve la correction de nos idiotismes, par la traduction en français, Luik 1823, p. 309.

[5] Georges Lacambre, Traité complet de la fabrication de bières et de la distillation des grains, pommes de terre, vins, betteraves, mélasses, etc., Brussel 1851, p. 376-378. La Meuse 15-3-1862, 5-7-1886.

[6] Journal de Charleroi 27-10-1858.

[7] http://cgab.forumactif.org/t171-paillardier-de-l-ordre-des-chevaliers-de-gambrinus

[8] Charles Le Cocq, Coup d’oeil sur la statistique commerciale de la ville de Tournay et de son arrondissement, Doornik 1817, p. 65-67; Le peuple 25-2-1894; Jean Palange, La brasserie Palange ou l’histoire d’une entreprise familiale Jodoignoise, Jodoigne 1988, p. 45-48.

[9] Charles Le Cocq, Coup d’oeil sur la statistique commerciale de la ville de Tournay et de son arrondissement, Doornik 1817, p. 65-67; Jean Baptiste Vrancken, ‘Antwoord op vraag 81’, in: Nieuwe verhandelingen van het Bataafsch Genootschap der Proefondervindelijke Wijsbegeerte te Rotterdam, Rotterdam 1829, p. 239-245; Lacambre, Traité complet, p. 320-321.

[10] Comité central d’agriculture de la Côte-d’Or, Concours international de houblons et de bières. Dijon Octobre 1866. Catalogue et list des récompenses, Dijon 1866, p. 37, 39.

[11] Gazette de Charleroi 4-1-1883.

[12] A. Laurent, Dictionnaire de la brasserie, Brussel 1875, p. 75, 139, 273. Cf. http://www.horscategoriebrewing.com/2018/01/biere-de-saison-1905-recipe-infusion.html.

[13] Joseph Kinable, ‘Glossaire technologique wallon-français du métier des brasseurs’, in: Bulletin de la Société Liégeoise de littérature wallonne, tweede serie deel 13 (1889), p. 293-319, hierin p. 310.

[14] Gazette de Charleroi 9-5-1904; http://www.horscategoriebrewing.com/2018/01/biere-de-saison-1905-recipe-infusion.html.


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *