Een kleine geschiedenis van Vlaams oud bruin (en rood) – 1
Op 23 november 1877 vond er in een brouwerij in het Oost-Vlaamse stadje Geraardsbergen een bijzonder tragisch ongeluk plaats. Een van de knechts was bezig een grote kuip schoon te maken, die gebruikt was voor het maken van oud bier. Hij raakte echter bevangen door de dampen van de gist op de bodem van het vat en dreigde te stikken. Brouwer Emile Vande Maele sprong onmiddellijk zelf het vat in om de arme knecht te redden. De andere werklui wilden hem nog tegenhouden, maar het was al te laat. Ook Vande Maele kreeg geen lucht meer en stikte. Hulp kwam van alle kanten toegesneld, maar er hing zoveel koolzuurgas dat zelfs de lampen die boven het vat werden gehouden, meerdere malen uitdoofden. Uiteindelijk moest men het vat aan stukken slaan om de lijken eruit te halen.[1]