Verloren Bieren – 36 – Brazilie (1)

Ziezo, de zomerstop is voorbij, de komende tijd gaan we weer op zoek naar Verloren Bieren in binnen- en buitenland. Er valt immers genoeg te ontdekken en ook over de grens zijn er landen waar ze zich maar nauwelijks bewust zijn van hun eigen bierhistorie. Neem nou Brazilië.

Brazilië? Is dat een bierland? Jazeker. Met zijn 195 miljoen inwoners is Brazilië een biermarkt van jewelste, de op twee na grootste ter wereld. Per hoofd van de bevolking drinken ze er iets minder dan in Nederland, maar wie in Rio of São Paulo rondloopt en de vele kroegjes met opgestapelde kratten ziet, weet dat hier aardig wat Brahma, Antarctica en Schin doorheen gaat. En Skol natuurlijk, dat een van de best verkopende merken is, tot verbazing van diegenen die het nog kennen als goedkoop bocht uit het Nederland van de jaren zeventig (zie een eerder artikel).

Mede vanwege de populariteit van Skol had ik niet verwacht veel interessant bier aan te treffen in Brazilië, toen ik er deze zomer een maand rondtrok. En een eerste kennismaking met de Braziliaanse kroegcultuur beloofde ook weinig goeds: traditioneel wordt bier er ijskoud geserveerd, vanuit koelkasten die steevast een temperatuur van om en nabij -3 graden aangeven. Je bier krijg je aangereikt in levensgrote flessen van 0,6 liter, soms met ijsemmer, en met een stel limonadeglaasjes om het in uit te schenken. Mooi van de Braziliaanse cultuur: je deelt samen met je vrienden uit één fles. Maar als je dan toch het bier even op temperatuur laat komen om nog iets van de smaak mee te krijgen, dan proef je aan je ‘Cerveja Pilsen’ al snel een bijsmaak van rijst en maïs, precies die ingrediënten die je in Europa aantreft in supermarktbocht van Euroshopper en dergelijke. Ze staan er ook keurig op bij de ingrediënten, deze ‘cerais não maltados’ (ongemoute granen).

Gelukkig is de Braziliaanse biermarkt iets afwisselender dan alleen maar dit pils. De meeste grote brouwers hebben ook een ‘cerveja escura’ of ‘malzbier’ in hun assortiment, een donker brouwsel dat het midden houdt tussen een bokbier en een oud bruin. Soms best aardig, soms drab met een hap suiker, en ook vaak nog eens zo koud geserveerd dat het ijs erin drijft. Het naar eigen zeggen oudste biermerk van het land, Bohemia (sinds 1853), heeft sinds een paar jaar zijn aanbod verder uitgebreid met onder andere een weissbier en een Leffe Blond-kloon genaamd Confraria.

Ook hier zijn inmiddels wat microbrouwers op het toneel verschenen, maar je vindt nog weinig spannends. Ter plaatse heeft Eisenbahn enige vermaardheid, maar wat ik proefde was slechts een aardige Kwak-imitatie. Anderen, zoals Ciudade Imperial, brouwen ondergistende bieren als Helles en Dunkel. De Amazon-brouwerij in Belém heeft dan weer een witbier in de handel, met daaraan toegevoegd taparebá-vruchten en verkocht onder de Nederlandse naam ‘Witbier’. Die laatste heb ik niet kunnen proeven helaas…

Maar goed, nu de biergeschiedenis van Brazilië. De al genoemde zelfverklaarde oudste brouwerij van het land is Bohemia, gevestigd in het bergstadje Petrópolis, een uurtje buiten Rio. Je kunt er hun brouwerij bezoeken, wat er in de praktijk op neerkomt dat je een soort Heineken-experience op je dak krijgt die vooral uit commerciële kletspraat bestaat, maar goed, je krijgt er twee gratis biertjes bij. En één aspect is wel interessant: ze geven inderdaad aan dat het bierbrouwen in Brazilië pas echt begon met de aankomst van Duitse brouwers halverwege de negentiende eeuw. Daarvoor dronk men vooral cachaça, een uit suiker gestookte rum die nog altijd de nationale drank is. Maar wat is volgens de Bohemia-brouwerij het eigenlijke startpunt van de biergeschiedenis van Brazilië? Juist, de verovering van de stad Salvador door de Hollanders in het jaar 1624. De redenatie is als volgt: waar Hollanders zijn, is bier, en dus was dit het eerste bier van Brazilië. Maar klopt dat?

De inname van Salvador door zeeheld Piet Hein (die een paar jaar later de Zilvervloot zou veroveren) markeerde een periode van dertig jaar dat de Nederlanders zich in Brazilië ophielden. Salvador, destijds de hoofdstad van het door de Portugezen bestuurde Brazilië, moest na een jaar weer opgegeven worden, maar in 1630 namen de Nederlanders met succes Recife en omgeving in. Johan Maurits van Nassau-Siegen, bouwer van het Mauritshuis in Den Haag, kwam om deze kersverse kolonie te besturen. Hij bouwde forten en paleizen, stimuleerde de suikerproductie (helaas met slaven) en liet wetenschappelijk onderzoek verrichten naar de plaatselijke natuur. 

De Portugezen ter plaatse keken vol verbazing naar de vrijpostige Nederlandse vrouwen, die zich naar hun maatstaven ‘onmatig’ te goed deden aan wijn en bier. En dat was dan meestal bier uit Rotterdam, want we lezen over de Nederlandse kolonie dat men Delfts bier er te duur vond, hoewel dat van Zeeland weer goedkoper was. In een boekje over de oorspronkelijk Spaanse dominee Vincent Soler las ik zelfs dat er in Recife een brouwerij geweest zou zijn, ingericht in een gebouw dat voorheen door Johan Maurits zelf was gebruikt om er ‘uit te rusten’, wat dat ook moge inhouden.

Toch zijn de Nederlanders niet de eersten die in Brazilië bier hebben gebrouwen. Maar daar gaan we het de volgende keer over hebben.

Illustratie: biercool.blogspot.com


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *