Paulus Jonas
Met de kerstdagen voor de deur halen we nog maar eens een ‘gouwe ouwe’ van stal: het Dordtse kerstbier Paulus Jonas. Een bier waarvan nog maar één flesje bewaard is gebleven! Geactualiseerd naar de nieuwste inzichten…
25 december nadert. De kachel snort en de hele familie zit genoegelijk bij elkaar. En wat is er knusser dan samen lekker warm bier drinken? Euhm…Warm bier? Ja, dat is wat ze deden in Dordrecht in de goede oude tijd. ‘Menig Dordtenaar herinnert zich nog, dat het vroeger traditie was in de maand december bij “De Sleutel” een kinnetje “Paulus Jonas” te bestellen,’ schreef J. Schrama, directeur van de Dordtse bierbrouwerij De Sleutel in 1964. ‘Evenals tegenwoordig het bokbier, was dit bier slechts korte tijd verkrijgbaar. … Dit bier werd warm gedronken, men voegde bruine suiker, citroen en kruidnagelen naar smaak toe en liet het een uurtje op een zacht vuur trekken.’[1]
Zoveel knusheid, je ramen beslaan toch al bij het idee? Toch moeten we van het mooie Oud-Hollandse Dordrecht in kerstsfeer eerst even helemaal terug naar de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring. In 1776 scheidden de Verenigde Staten zich af van het Britse koninkrijk en dat betekende oorlog. De Amerikaanse zeekapitein John Paul Jones won in 1779 ternauwernood de zeeslag bij Flamborough Head voor de kust van Yorkshire. Met zijn gehavende schepen zeilde hij naar (toen ook al) Amerika’s trouwste bondgenoot: Nederland. Hij legde aan bij Texel, waar de Engelsen prompt een blokkade opwierpen.
Omdat hij voorlopig toch niet uit Nederland weg kon, besloot John Paul Jones een soort PR-tour te gaan maken naar Den Haag en Amsterdam. Het Hollandse volk liep uit om deze ‘kaperkapitein’ te komen zien en zong: ‘Daar komt Pauwel Jonas aan, ’t is zo’n aardig ventje, een geboorte-Amerikaan, gans geen Engels vrintje. [2]‘ En passant had het schip van Jones een van de allereerste Amerikaanse vlaggen gehesen: een merkwaardige versie met niet alleen rode en witte, maar ook blauwe strepen.[3]
Hoe dan ook, ‘Daar komt Paulus Jonas aan, het is zo’n aardig ventje’ bleef de hele negentiende eeuw een bekend Hollands volksdeuntje. Maar hoe een Amerikaans kapitein via een volkswijsje zijn naam gaf aan een Dordts winterbier zal wel een raadsel blijven. Misschien heeft het iets te maken met het feit dat de in 1844 afgebroken Dordtse brouwerij De Bel een pakhuis had genaamd Paulus Jonas.[4] De oudste vermelding die ik van Paulus Jonas als bier vond is in ieder geval van 1856, wanneer de Dordtse slijter J.G. Legel ‘weder, zoo als alle jaren, voorzien is van het zoogenaamd Pauls Jonas bier.’[5] Het werd door diverse brouwerijen in Dordrecht en omgeving geleverd vanaf ongeveer half december. Toen de Rotterdamse bierhandelaar J.A. van Olffen in 1890 flyers liet drukken om het ook in zijn stad aan de man te brengen kon hij zeggen: ‘Dit Bier verheugt zich te Dordrecht en omstreken sedert onheugelijke tijden in eene vermaardheid… Vooral in den winter is het Oud-Bier in vele huiskamers een zeer geliefde drank, en wordt het niet alleen in onvermengden toestand, doch óók verwarmd, en met eene of andere bijmenging, die dienen moet om den geur te verhoogen, véél gebruikt.’[6]
Leuk, maar wat was Paulus Jonas nou precies? Er is één flesje bewaard gebleven, thuis in Dordrecht bij een zoon van een medewerker van de brouwerij. Het bevat een donkergekleurde vloeistof. Een recept heb ik helaas niet ontdekt, maar veel negentiende-eeuwse advertenties omschrijven het als ‘Oud bier’, ‘Fijn oud’ of ‘Oud bruin’. Dit doet vermoeden dat we hier te maken hebben met een enkele jaren op vaten gerijpt bier, zoals het tegenwoordig nog gemaakt wordt in België (Rodenbach) en door Gulpener (Mestreechs Aajt). En dan eventueel versneden met vers bier met toevoeging van suiker en specerijen.
Na 1904 was brouwerij De Sleutel de enig overgebleven brouwerij in Dordrecht. Vanuit hun eeuwenoude pand in de binnenstad bleven ook zij nog Paulus Jonas maken, als aanvulling op hun na de Eerste Wereldoorlog uitsluitend ondergistende assortiment van lager, Münchener, pils en bokbier. Opvallend is, dat na 1916 er geen brouwsel ‘oud’ meer in hun brouwboeken voorkomt. Het Paulus Jonas moet na die tijd gemaakt zijn door een of meerdere van hun ondergistende bieren te laten rijpen.
In de jaren dertig gaf De Sleutel een nieuwe slinger aan de publicitieit rond Paulus Jonas: er kwamen foldertjes met hoe men de warme versie moest bereiden, een prijsvraag en een brief aan alle Dordtse huisvrouwen waarin de dames werd aangeraden om vanwege de beperkte voorraad tijdig te bestellen. Opvallend is dat het woord ‘bier’ daarbij angstvallig werd vermeden: Paulus Jonas was ‘de ideale winterdrank’, maar op het etiket stond keurig het alcoholpercentage van 3 1/2 % vermeld.[7]
Toen kwam de Tweede Wereldoorlog. Afgaande op het apart bijgehouden verkoopboek van Paulus Jonas werd het, ondanks de schaarste van de Hongerwinter, nog tot maart 1945 verkocht![8] Hieruit blijkt dat het toen ook nog een bewaarbier was: gebrouwen op een moment dat er nog grondstoffen beschikbaar waren. Na de oorlog werd er van Paulus Jonas niets meer vernomen. De Sleutel werd in 1953 door Heineken overgenomen en in 1968 gesloten. Tegenwoordig zit de Stadsbrouwerij Dordrecht op dezelfde locatie.
En ook al is de precieze manier van brouwen en rijpen nu onbekend, nu de kerst eraan komt kun je de Paulus Jonas-ervaring toch een beetje benaderen. Maak op een druilerige decemberdag een verregende wandeling door de mooie oude binnenstad van Dordrecht. Snuif de sfeer op van de scheve en groezelige oude pandjes in de Wijnstraat en aan de haven. Snuffel in de kruip-door-sluip-door rommelwinkels Pandora en Pandorus, vol met nostalgische ouwe zooi. En neem dan een paar flesjes Rodenbach (of een ander Vlaams Oud Bruin) en volg dit Dordts recept:
Men bereide het “Paulus Jonas”, zooals Uw voorouders dit reeds deden: zij namen een pan, schonken hierin de gewenschte hoeveelheid Paulus Jonas. Voegden hierbij per 1/2 liter ongeveer 30 gram blanke basterdsuiker (zoo noodig naar eigen smaak iets meer) en een schijf citroen of sinaasappel met een zestal kruidnagelen. Dit lieten zij een uurtje trekken op een zacht vuurtje (vooral niet koken). Dan wordt de “Paulus Jonas” warm opgediend zooals Bisschopswijn.
Fijne kerst maar weer!
Met dank aan: Regionaal Archief Dordrecht, Jan Alleblas
[1] J.C.K. Schrama, ‘De bierbrouwerij “De Sleutel” te Dordrecht, in: Jaarboekje NIBEM, jaargang 28, 1964, 63-69. Schrama kon het weten, want hij kwam in 1942 in dienst van de brouwerij, toen het nog verkocht werd. Hij overleed in 1978. Vgl. Vers van ’t vat. Personeelsblad van het Heineken-concern, 1-11-1978, p. 38.
[2] F.W. van Wijk, De Republiek en Amerika 1776-1782, Leiden 1921, p. 78-80; Vgl. D.F. Scheurleer, ‘Het liedje van Paul Jonas’, in: Tijdschrift der Vereeniging voor Nederlandse muziekgeschiedenis, deel IX (1914), p. 77-97.
[3] Vgl. http://www.geheugenvannederland.nl/hgvn/webroot/files/File/extra/atlanticworld/atlanticworld4/tentoon10.html
[4] Dordrechtsche courant, 27-7-1844.
[5] Dordrechtse Courant 25-12-1856.
[6] Stadsarchief Amsterdam, Archief van de N.V. Van Vollenhoven, inv. no. 164.
[7] Regionaal Archief Dordrecht, Archief bierbrouwerij De Sleutel, inv. no. 61.
[8] Regionaal Archief Dordrecht, Archief bierbrouwerij De Sleutel, inv. no. 183.
Vorige week hebben we met een aantal mensen dit recept geprobeerd, en het beviel me goed. De keuze van een Vlaams oud bruin bier (in dit geval Duchesse du Bourgogne) was prima; de smaak van de schijf sinaasappel die goed in het bier was getrokken complimenteerde het melkzuur van het bier. We hadden iets meer suiker kunnen gebruiken dan op het recept stond aangegeven. Daarnaast was het ook een beetje flauw; er had wat meer kaneel of speculaaskruiden oid in gekund. Het deed me erg denken aan bisschopswijn. Dit gaan we zeker een keer over doen.
Hoi Bart, leuk om te lezen! Mijn ervaringen met Paulus Jonas (en met boerenkoffie) waren vergelijkbaar met de jouwe. Hoe dan ook, het blijft leuk dat zulke oude recepten ons na al die jaren nog weten te verrassen.
Beste Roel,
Ik had er ook veel plezier in om de recepten uit te proberen, temeer omdat ik zelf de kunst van het brouwen niet beheers en daarom niet de andere recepten in je boek en op dit blog kan reproduceren. Een makkelijker recept als deze is dus een leuke manier om toch de geschiedenis tastbaar (en proefbaar!) te maken.
Ik kijk uit naar je volgende artikel!